Zoals vastgelegd in het Besluit gescheiden inzameling huishoudelijke afvalstoffen zijn gemeenten verantwoordelijk voor de gescheiden inzameling van huishoudelijk afval (artikel 1). Dit systeem wordt niet gewijzigd in de herziening van de WFD. De wettelijke taak voor gemeenten tot de gescheiden inzameling blijft dus bestaan.
De huidige WFD heeft de volgende doelstellingen rondom hergebruik en recycling geformuleerd:
De WFD verplicht lidstaten om een landelijk afvalbeheerplan op te stellen. In Nederland is dit uitgewerkt in het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP). Hierin worden de doelstellingen en uitgangspunten van het afvalstoffenbeleid in Nederland beschreven. Lokale overheden moeten bij het maken van hun afvalbeleid het Landelijk Afvalbeheerplan (LAP) volgen. Binnen de richtlijnen van het LAP mogen gemeenten hun eigen beleid voor afvalscheiding en afvalpreventie bepalen.
Het LAP zal per 2025 vervangen worden door het Circulair Materialenplan (CMP). Wat de herziening van de WFD concreet zal betekenen voor decentrale overheden, is afhankelijk van de uitwerking van dit CMP.
Hieronder schetsen we een aantal ideeën waarmee decentrale overheden aan de slag kunnen gaan om afvalpreventie en vermindering van zowel textiel als voedsel te bevorderen.
Vanaf 1 januari 2025 wordt de aparte inzameling van textielafval verplicht. Onder de gewijzigde WFD zullen textielproducenten verplicht zijn om financieel bij te dragen aan deze gescheiden inzameling.
Decentrale overheden kunnen hierop inspelen door specifiek beleid en programma’s voor de inzameling van textielafval te ontwikkelen. Deze programma’s kunnen bijvoorbeeld gaan over het organiseren van regelmatige ophaaldiensten voor gebruikte textielproducten. Naast de inzameling zouden overheden kunnen nadenken over het aantrekkelijk maken van de verwerking en sortering van textiel, in het kader van hogere toepassingen op de R-ladder (Reduce, Reuse, Recycle).
Overheden kunnen bijvoorbeeld helpen bij het stimuleren en creëren van een stabiele afzetmarkt voor gerecycled textiel door het bevorderen van het gebruik ervan in overheidsopdrachten. Ze kunnen ook campagnes opzetten om de voordelen van gerecyclede textielproducten te promoten en het consumentenbewustzijn te stimuleren.
Een andere optie is het bieden van subsidies of belastingvoordelen aan bedrijven die investeren in technologieën voor het sorteren en verwerken van textiel.
De EU heeft kennisplatforms rond voedselverspilling ingericht. Een voorbeeld is de EU Food Loss and Waste Prevention Hub, die zich richt op het delen van de beste manieren om voedselverspilling te voorkomen.
Het hoofddoel is het bevorderen van de uitwisseling van kennis en ervaring en het helpen verspreiden van verschillende initiatieven die worden ingezet om voedselverspilling aan te pakken. Lokale en regionale overheden zouden de mogelijkheden kunnen onderzoeken voor een vergelijkbaar platform voor samenwerking.
Omdat de Waste Framework Directive (WFD) prioriteit geeft aan hergebruik en recycling van materialen, kunnen lokale overheden tariefsystemen onderzoeken waarbij de afvalstoffenheffing - de kosten voor het ophalen en verwerken van afval - afhangt van de hoeveelheid en het type afval. Dit stimuleert huishoudens om afval beter te scheiden, wat kan resulteren in lagere kosten - of zelfs helemaal geen kosten - voor het aanleveren van gescheiden recyclebare materialen.
De afvalstoffenheffing bestaat doorgaans uit een vast deel en een variabel deel. Het variabele deel kan afhangen van factoren zoals de grootte van het huishouden, de frequentie van afvalinzameling, het type restafval of de hoeveelheid. Hoe minder restafval een huishouden aanlevert, hoe lager de kosten voor afvalverwerking kunnen zijn - en hoe lager de afvalstoffenheffing.
Inwoners van de gemeente Leeuwarden betalen bijvoorbeeld geen afvalstoffenheffing voor de gescheiden inzameling van groente-, fruit- en tuinafval, textiel, papier en glas. Deze materialen kunnen goed hergebruikt worden als ze gescheiden worden ingezameld. Voor meer informatie over het hergebruik van organische reststromen, zie ook ons thema Biomassa en Voedsel.
Het gedrag van burgers heeft een grote invloed op de hoeveelheid afval die gescheiden wordt. Daarom moeten lokale overheden meer doen om burgers te stimuleren om afval te sorteren. Dit kunnen de gemeenten en provincies bijvoorbeeld doen door gebruik te maken van bewustwordingscampagnes.
De betrokkenheid van burgers hangt sterk af van hoe makkelijk het is om actie te ondernemen. Een succesvol voorbeeld tegen voedselverspilling is het opzetten van gemeenschappelijke tuinen waar composteren een gezamenlijke inspanning is. In het omgevingsplan kan een gemeente locaties aanwijzen voor zulke initiatieven.
Op de website van CircuLaw is te vinden hoe decentrale overheden via bestaande juridische instrumenten de transitie naar een circulaire economie kunnen versnellen.
Voor het tegengaan van voedselverspilling is bijvoorbeeld al een lijst van 19 instrumenten gepubliceerd. De instrumenten variëren van het aangaan van een convenant en het opnemen van duurzaamheid in de gunningcriteria bij aanbestedingen tot het verplichten van bedrijven om informatie te verstrekken over voedselverspilling.
Momenteel werken we aan de uitwerking van instrumenten voor de textielsector. Zodra deze gereed zijn, zullen we ook deze instrumenten beschikbaar stellen op CircuLaw.